Castrum

Welkom

"Vivamus ad codicem" is de wapenspreuk van Castrum, wat zoveel wil zeggen als: "Leven volgens de codex". Hierbij wordt de studentencodex bedoelt, die naast de teksten van studentenliederen ook nog enkele regels bevat om een cantus ordelijk te laten verlopen. In de (blauw)(groen)e bladzijden staan echter ook enkele regels die in het dagelijks leven ook wel van pas kunnen komen. In principe is Castrum ontstaan uit de drang om nog eens een goede cantus mee te maken en de enige manier leek toen, en trouwens nog steeds, om ze zelf maar te organiseren. Er zijn trouwens nog steeds clubs die denken dat een cantus één grote braspartij moet zijn, waarbij er meer bier in het rond vliegt dan er in de kelen terechtkomt. DAAR DOEN WIJ NIET AAN MEE! Onze bedoeling is dat men met nette kleren naar een cantus kan komen. Het bier dat er wordt geschonken dient enkel om de kelen te smeren .

CastrumGeschiedenis

Er was eens...

Een schachtenkoning bij Mota, die Sergeï Desmidt genoemd werd, en ook de kleuren van Abacus dragen mocht. Tegen het einde van het Academiejaar 1990-1991 was hij voldoende bierecht en wasbestendig geworden om zich gereopen te voelen een gooi te doen naar een praesidiumfunctie bij Abacus. Bij Abacus, ja, want hij steunde geheel en al de kandidaturen van de mensen die zich geroepen voelden de Mota-kleuren te vertegenwoordigen in het komende academiejaar. Na een pittige verkiezingsstrijd diende Sergeï de duimen te leggen voor Karin Van Hove die Abacus-praeses werd. Sergeï berustte, maar rustte niet; hij bekeek het studentikoze landschap eens met andere ogen, en vroeg zich af waar het studentenheir nog op zat te wachten. Hij dacht het gevonden te hebben en zette een schets op papier om over te gaan tot de oprichting van een "zware" club, een beestenclub, die zou luisteren naar de naam "Flamenca". Voor goede raad ging hij te rade bij zijn senior, Herman verschooten Jr. Die luisterde welwillend, maar met gefronste wenkbrauwen naar de plannen van de ambitieuze jongeling. Herman suggerreerde een andere optie, met name net het tegenovergestelde van de zwijnerij: stijlvol en met zin voor traditie, naar de letter en de geest van Kneipcomment en codex. Hij wist ook wel, met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid, dat de door Sergeï gedroomde peter voor de club, Herman"TD"van Deuren niet echt zou staan te springen om zijn naam te verbinden aan een collectie kotsende varkens. Voor een traditie-erende club daarentegen...

Sergeï besloot de koe bij de horens te vatten en bolde naar tennisclub"Ter Dennen" in Schoten, waar Herman"TD" zijn hoofdkwartier had. Hij had nog maar net de matten gerold"Bij verschooten" of Junior hing al aan de telefoon bij de gesolliciteerde peter. Het verhaal werd gedaan, overleg gepleegd en Herman Segers(v.Bruno C.van Brabant) betrokken bij de hangende kwestie. Sergeï kwam "tennissen" in Schoten, legde de plannen voor en werd gesterkt in de overtuiging dat een selecte club en véél beter idee was. Voor een dergelijk initiatief kon hij beschikken over"zijn"peter. Hij ging wel nog wat extra advies inwinnen bij de mentor van Mota: Bruno van Brabant...

Die wist ondertussen al alles wat reeds besproken was, en sterkte de aspirant-stichter in de overtuiging dat traditie écht wel onderdak kon gebruiken. En ja, Bruno wou wel meewerken...

Sergeï betrok ondertussen zijn "running mate" van de verkiezingen bij Abacus, Philippe Rongé, bij het opzet, en die was meteen wild enthousiast. Dit vijftal pleegde druk overleg en gaf het idee vorm. Bruno van Brabant kwam met een andere naam aanzetten: CASTRUM (staat voor het Antwerpse kasteel, het steen). Hij ontwierp het schild en bedacht de wapenspreuk. Dit alles werd vorm gegeven tijdens een verschrikkelijk zatsel met liters Sangria in "El Hidalgo Loco", bij vriend Walter van "Den Aalmoezenier". Over het schildontwerp waren nog enige palavers nodig. Na enig overleg diende Patrik Wegner zich aan als de sponsor van de allereerste uitgave van de clubschilden voor lintgebruik. De kleuren waren ook snel gekozen. Vermits het idee ontstond binnen een groep mensen van Mota, zouden de kleuren daarnaar verwijzen. Het werd dus, volgens de regels van de kunst Rood/Geel/Rood. Door een samenloop van omstandigheden werd het Smal Rood/Geel/Smal Rood, mede omdat Bandera nog een grote hoeveelheid Spaans lint(Juiste maat voor de schachtenlintjes) had liggen van de kortgeleden Spaanse Feesten.

Nadat het concept vorm had gekregen, kwam het "Moment Suprème", een eerste clubavond. Er waren al een aantal mensen die hun belangstelling niet onder stoelen of banken hadden gestoken, en die werden uitgenodigd in de Trocadero op 19 juni 1991, om 19u00. In tegenstelling tot de uitnodiging zou de installatievergadering plaatsvinden in de kapel van het verschootenouderlijke pand. De aanwezigen waren: Peter Mostmans, Peter Bastiaensen, Wouter Dupré, Christiaan"Ukkie"van Goethem, Philippe Rongé, Geert"Kip"De Donder, Christian"Chaane"Taeymans, Cathérine Cantryn, Karin Van Hove, Filip"Moby"Varewijck, Frank Leemans, Dirk Deridder, Christel Francken, Patrik"Neus"Wegner, Herman"Junior"verschooten, Herman"Bruno C.van Brabant"Segers en Yannic Juchtmans.

Daar installeerde Karin Van Hove(Praeses Abacus) Sergeï Desmidt plechtig als eerste praeses van Castrum. Hij benoemde Bruno van Brabant tot Ab-Actis. Christiaan van Goethem werd Quaestor, Philippe Rongé Vice-Praeses/Schachtenmeester en Herman verschooten Cantor. Herman van Deuren werd Peter en Patrik Wegner Ere-Lid. Tot slot van deze installatie werden de aanwezigen, die hun lidgeld reeds hadden voldaan, ontgroend.

Na de zomervakantie werd Sergeï Desmidt door een ouderlijke oekaze weggeroepen uit zijn geliefde Antwerps studentenoord, zodat het meteen aan de vice, Philippe Rongé was om de rest van het academiejaar vol te gaan maken.

Naar de site: klik op het schild

Webmeester : Patrik Wegner